Ik heb in mei 2020 een LT 28 camper gekocht die verkocht werd met een 'kapotte motor'. Dat betrof de Perkins 2.7 nog, de bus is van 1976. Terplekke gekomen bleek het een stel met weinig verstand van techniek, die de bus weer hadden gekocht voor festivals. Zij hadden hem een dik jaar maar de bus raakte direct oververhit op de snelweg. Ze hebben daarna er een paar mensen naar laten kijken maar geen diagnose kunnen maken. Ze zeiden dat hij niet wilde starten maar dat lukte mij gelukkig toch nog wel (anders was het op de kar krijgen wel een klusje geweest). Door het motorprobleem en wat roestplekken heb ik de bus nog aardig scherp kunnen kopen.
Eenmaal thuis was het een stuk eenvoudiger de bus te starten, blijkbaar kwam dat vooral door het lange stilstaan. De diesel zal wel terug de tank in gelopen zijn door het parkeren op lichte helling.
Eerst maar eens schoongemaakt, daar knapte hij flink van op.
Ik ben daarna een paar keer een klein stukje weggeweest met de bus, vanwege het motorprobleem. De oververhitting liep ik pas tegenaan op de snelweg, net als degene waar ik hem van kocht. Met de kachel op heet en de ramen open was dat nog te managen, maar lange ritten zaten er niet in. Daarnaast had de bus ontzettend grote grijze rookwolken bij starten op een koude motor, dus dat hinte al op wat vermoedelijk de oorzaak was: versleten zuigveren en cylinders. De twee-na vorige eigenaar had hier blijkbaar ook al last van, want er was een tweede carterventilatie-leiding geplaatst op de klepdeksel. Symptoombestrijding dus.
Om de slijtage te fixen moet je eigenlijk een (gedeeltelijke) revisie doen. Maar dat vond ik het niet helemaal waard qua kosten voor de motor die je dan hebt, dan liever toch een 6 cylinder reviseren als je toch dat geld uitgeeft. Dus toen gekeken naar de nieuwere 2.4 turbodiesels maar die waren toen al stevig geprijsd, dus niet direct een blok gekocht.
Daarna liep de APK snel af dus heb hem voor de keuring gehad, dat viel op zich te overzien maar één van de punten was ook hevige lekkage van de motor. Weer een aanleiding voor een andere motor. Maar de bus had ook een treeplank helemaal doorgerot dus die moest gelast worden, dus daar eerst mee aan de slag.
Het laswerk voor de bus is zoals je ziet niet bepaald topkwaliteit, maar ik wil van de bus ook geen museumexemplaar maken. Hij moet gewoon goed zijn en zoals in dit voorbeeld is de roest opgelost. Nu heb ik enkel bij dit geval een domme fout gemaakt door teveel te vertrouwen op mijn namaakwerk van het uitgesneden deel. Ik heb de plaat helemaal afgelast en later nog eens gepast. Je raadt het al: de deur wilde niet meer dicht. Erg stom natuurlijk. Dus de plaat is er weer uit geslepen.
Rond de tijd dat ik zover was, was het juni/juli 2020. Toen besloot ik van de situatie op de woningmarkt gebruik te maken en mijn huis te koop te zetten. Daar moest echter aardig wat aan gebeuren en kwam de camper stil te liggen.
.
.
. Dus pittig spul, zou ik minder blij mee zijn als ik niet het blok was gaan spuiten.
